In de komende weken publiceren wij een interview met onze voorzitter Wiebe
Mokken. De belangrijkste reden hier voor is dat we meer inzicht willen
verschaffen in wat het bestuur en onze voorzitter over belangrijke
schermonderwerpen denken. We knippen het vraaggesprek in vier delen die in de
komende maanden op de site worden gepubliceerd. Vandaag twee onderwerpen: de
Europese Spelen en het begin van de Olympisch kwalificatie - door Valentijn
Huybens
VH: Het NOC*NSF doet een poging om de Europese Spelen naar Nederland te
halen. Wat vindt u hiervan?
WM: Vooropgesteld: we vinden het belangrijk dat NOC*NSF zich inzet om mooie
sportevenementen naar Nederland te halen. Maar daar moet ik meteen aan
toevoegen dat we het onbegrijpelijk vinden dat wordt voorgesteld deze Spelen,
die haken naar associatie met de Olympische Spelen, te laten plaatsvinden
zonder schermen. Daar kunnen wij het natuurlijk niet mee eens zijn. Het
schermen is een van de vier sporten die vanaf 1896 op het programma staan en
nooit zijn weggeweest. Schermen hoort erbij. Daarnaast vinden wij het onhandig
het schermen weg te laten: de voorzitter van het IOC is een schermer, een
vooraanstaand lid van de selectiecommissie is een schermer, oud-wereldkampioene
Claudia Bokel zit namens de atleten in het Executive Committee van het IOC, de
landen Frankrijk, Italië, Duitsland en laten we niet vergeten Rusland zijn
invloedrijke landen die met regelmaat schermmedailles winnen. Kortom: schermen
is niet alleen een essentieel Olympisch onderdeel, maar schermers zijn bij het
nemen van de beslissing ook nog eens invloedrijk. Wij betwijfelen verder of de
financiële risico's verantwoord zijn en of Nederland de sportieve
infrastructuur van Baku zou kunnen evenaren.
VH: De Olympische kwalificaties zijn begonnen. Wat is uw oordeel over
de prestaties van de schermers tot nu toe?
WM: Laat ik beginnen met duidelijk te maken dat deze beoordeling hoort te
gebeuren door Etienne Van Cann als bestuurslid Topsport en door NOC*NSF. Zij
volgen de prestaties en de ontwikkelingen op de voet. Toch maar een eerste
indruk.
We kunnen nog niet juichen over de resultaten van onze topschermers tot nu toe,
maar we zijn amper een week onderweg. Om, logischerwijs, even in te zoomen op
Bas Verwijlen: Bas heeft natuurlijk een fantastisch jaar gehad in 2011. Tweede
op het Europees en het Wereldkampioenschap, eerste op de wereldranglijst: het
leek nauwelijks op te kunnen. Na tegenvallende Spelen heeft hij echter de
prestaties van 2011, dat is nu vier jaar geleden, niet kunnen herhalen of
verbeteren. Verder heeft hij in 2014 een heel nare en langdurige blessure
opgelopen waarvan je niet 1, 2, 3 terugkomt. Wat we allemaal, alle betrokkenen,
heel graag willen is dat hij niet alleen terugkomt op het niveau van 2011, maar
dat hij dat niveau verbetert en doet waar we allemaal op hopen: een keer een
Olympische medaille, goud op EK of WK en om te beginnen een Grand Prix of
Wereldbeker winnen. Zoals hij zelf in het Studio Sport-interview zei: dat hij
dat kleine beetje extra krijgt waarmee dat WEL lukt. Bas is, zoals hij zelf ook
zegt, een gevoelsschermer, maar hij wil vast ook winnen als 'het gevoel' er
niet of onvoldoende is -zoals op de Spelen en in wereldbekerwedstrijden om het
goud- of als tegenstanders er in slagen dat gevoel te beïnvloeden. Hij is zo'n
fantastische, getalenteerde schermer dat NOC*NSF en ook de KNAS er op inzetten
dat hij met bondscoach Gabor Salamon nog beter kan worden dan in 2011. Voor de
andere schermers lijkt weliswaar de weg langer dan hij voor Bas zou moeten
zijn, maar je weet het maar nooit: je kan geen beleid maken op verrassingen,
maar als ze er zijn zullen we ze juichend begroeten. In ieder geval is een van
de taken van de bondscoach de prestaties van alle degenschermers en de
Nederlandse topscherminfrastructuur op de lange termijn te verbeteren. In onze
sport moet je ook ver vooruit kijken.